Grenoble, 5 mei 2002,
Fietsvrienden,
Wellicht is jullie bekend dat ik de
laatste tijd veel in Frankrijk ben. Ik ben hier een
prototype van een elektronenmicroscoop aan het installeren
bij ST Micro-electronics, de grootste chips-(niet die van de
Smiths)fabrikant van Europa. Dit bedrijf ligt, hoe kan het
mooier, nog geen 20 km van Grenoble af, aan het begin van de
Franse Alpen. Hoewel het behoorlijk hard werken is, probeer
ik toch regelmatig hier wat rond te fietsen. Je hebt hier
fantastische bergweggetjes, vergelijkbaar met de wegen van
de 2-daagse van dit en vorig jaar, maar dan met alle
klimmetjes wat langer. De mooiste echte klim die hier heel
dichtbij ligt is de beklimming naar Chamrousse. Wellicht
klinkt deze naam bekend in de oren, het is een klim van 18
km met een gemiddeld stijgingspercenage van ruim 7%. Vorig
jaar vormde deze klim in de Tour de France het belangrijkste
deel van de klimtijdrit. Kortom, het is hier gewoon
fantastisch fietsen als je een beetje van klimmen houdt.
Het weer in grote delen van Frankrijk is
momenteel erg slecht. Ook in Grenoble regent het voortdurend.
Omdat ik toch wat wilde fietsen, moest ik dus gisteren 4 mei
2002 verder weg voor een fatsoenlijke training. De
weersberichten meldden dat het weer in de omgeving Orange
tot Marseille, dus in de buurt van de Mont Ventoux, op een
zeer krachtige wind na, vrij goed was. Ik besloot dan ook
daarheen te gaan en dat heb ik geweten, zie hieronder mijn
verslag.
In het dal was het weer inderdaad niet
slecht. Het was zonnig en ruim 10 graden, maar het waaide
ontzettend hard, windkracht 7 denk ik. Later die avond
hoorde ik op het nieuws dat er windstoten met een snelheid
van 90 km/u waren gemeten. De omgeving daar is heuvelachtig,
glooiend, met maar één echte berg. Verder is het vrij kaal,
de wind heeft vrij spel en knalt vol op de Mont Ventoux. Al
in de aanloop naar de berg merkte ik het gevaar van de wind,
als je met een snelheid van 20 km/u een bocht omkwam kon het
daarachter ineens kaal zijn, en de wind slaat je werkelijk
bij deze snelheid al bijna van je fiets.
Maar goed, voordat ik vertrok moest ik
natuurlijk de juiste kledingkeuze maken. De top van de berg
was niet te zien, overal was het zonnig, maar de top lag
helemaal in de wolken. Ook stonden er borden dat de berg
gesloten was, hierdoor dacht ik me niet tegen te laten
houden, maar ik vermoedde dat het op de top wel eens koud
zou kunnen zijn. Om het zekere voor het onzekere dus te
nemen besloot ik mijn wintertenue aan te doen en nog een
extra jasje voor de afdaling mee te nemen, in het dal was
dit te heet, maar je weet nooit. Winterhandschoenen vond ik
overdreven, dus die liet ik maar in de auto liggen.
Ik was die dag vrij laat, omdat de Mont
Ventoux toch zo’n 240 km van Grenoble ligt. Toen ik bij
Malaucèn dus de borden Mont Ventoux zag staan ben ik dus
meteen op de fiets gesprongen, later hoorde ik pas dat je de
berg eigenlijk vanaf de andere kant hoort te beklimmen…Op de
zware wind na, ging het begin lekker, de berg klimt hier
behoorlijk, zo’n 10% in de eerste kilometers, maar dit gaat
goed met een 39*25. Ook zijn er regelmatig wat vlakkere
stukken, waar je wat kunt herstellen. Na een paar kilometer
moest mijn jasje al dicht, de wind koelde mijn lichaam toch
behoorlijk af en ik had het idee dat de temperatuur hard
zakte. Na een kilometer of acht wordt het even wat steiler,
met percentages tot een procentje of 13-14, schat ik. De
snelheid is niet hoog, ongeveer 10 km/u, maar de
hoogtemeters schieten dan wel lekker op. Daarna komt een
stuk dat vrij vlak is. Vrij gauw was ik op zo’n 1350m hoogte
en het viel me op dat hier al wat sneeuw lag. Dat had ik
geweten, want op 1400m lag er naast de wegen gewoon al een
pak sneeuw en de bomen zaten helemaal onder, op deze hoogte
vroor het al.
Door de zware wind, waaide er veel sneeuw
van de bomen wat me behoorlijk deed afkoelen en ik moest
tijdens de klim dus al van mijn extra jasje gebruik maken.
Op een gegeven moment zag ik 2 mensen afdalen, beiden hadden
ze hun hele gezicht met een das bedekt, op hun ogen na, waar
ze natuurlijk een bril voor hadden. De dassen zaten onder
het ijs van hun eigen ademhaling. Hier dacht ik voor het
eerst dat ik misschien zelfs te weinig kleding aan zou
hebben, maar natuurlijk ga je op zo’n moment toch verder.
Op zo’n 1500m was de weg gebarricadeerd,
dit was dus wat er bedoeld werd met ‘fermee’ (als Hollander
snap ik dit natuurlijk niet), maar hier kon een fiets wel
omheen. De weg was hier nog geveegd, waarschijnlijk was het
terrein de dagen ervoor nog goed begaanbaar geweest. Er kwam
ondertussen wel een klein laagje sneeuw op te liggen wat van
de bomen en van de wegkant was komen waaien. Hier kon je
echter nog wel doorheen fietsen. Op 1550m stond een
slagboom, even afstappen, fiets eronderdoor en weer verder.
Ondertussen zat ik midden in de wolken en de sneeuw striemde
in mijn gezicht. Je zag geen hand voor ogen, maar dat maakte
niet uit, de snelheid was laag en de weg was officieel
gesloten, geen gevaar dus voor auto’s.
Echter nu was ik er voor het eerst bang
voor dat ik de top niet zou halen. Er kwam meer en meer
sneeuw op de weg te liggen. Op 1650m reed ik plotseling
onverwachts in een laag sneeuw van zo’n 10cm. Dit was te
veel, de fiets stond zowat meteen stil. Vanwege de sneeuw
die al die tijd op mijn pedalen en schoenen had gezeten
waren mijn schoenen vastgevroren en ik kreeg deze dus niet
uit mijn pedalen. Dan val je dus gewoon. Omdat ik zowat stil
stond en ik in een dichte laag sneeuw viel, gelukkig geen
schade aan fiets en mezelf. Zo’n beetje 3 minuten in de
sneeuw gelegen voordat ik mijn schoen loskreeg, hij zat echt
hartstikke vast. Omdat ik nog ruim 3 kilometer en een goede
250 hoogtemeters van de top afzat wist ik dat de situatie
nog veel erger zou worden en ik geen enkele kans maakte om
fietsend de top te halen. Verder was het ontzettend koud,
waarschijnlijk maar een graadje of 6-7 onder het vriespunt,
maar vanwege de gierende wind en striemende sneeuw zou Peter
Timofeef het een gevoelstemperatuur van –30 ofzo geven.
Ik besloot dus de strijd te staken en me
aan de afdaling over te geven. Iedere fietser weet dat een
afdaling qua kou veel erger is dan een beklimming, maar daar
denk je in de klim nooit aan. Ik ging naar beneden, maar
vanwege de sneeuw op de weg moest je vol blijven remmen. In
het begin moest je gewoon zorgen dat je snelheid niet boven
de 10 km/u komt (op dit stuk klom ik gewoon sneller dan je
kon afdalen), omdat je nagenoeg geen remkracht hebt en de
situatie vanwege de spiegelgladde weg extreem gevaarlijk is.
Na 2 kilometer zo afgedaald te zijn waren mijn handen
bevroren (shit, mijn winterhandschoenen had ik dus in de
auto liggen). Noodgedwongen moest ik stoppen, omdat ik, als
het zo doorging, na een paar honderd meter niet meer zou
kunnen remmen vanwege de bevroren vingers. Om te kijken of
er nog gevoel in mijn vingers zat beet ik op mijn duim, geen
gevoel… Op zo’n moment moet je je handen onder je jas
stoppen om zodoende met je eigen lichaamswarmte je handen te
ontdooien.
Na 5 minuten ging het wel weer. Weer twee
kilometertjes afgedaald. De snelheid kon nu wat omhoog (weg
sneeuwvrij), maar dit koelde ook mijn lichaam te hard af.
Hierdoor begon ik zo hard te rillen dat mijn fiets
onbestuurbaar werd. Weer gestopt dus, handen opgewarmd, en
door het stilstaan (uit de wind!) kwam mijn lichaam weer op
temperatuur. Na een minuutje of 5 weer opgestapt. Vanaf hier
ging het wel, de temperatuur ging weer net zo hard omhoog
als deze in de klim was gedaald. Vanwege het gevaar van de
windstoten moest ik alleen zorgen dat de snelheid niet ver
boven de 40 km/u komt, je vliegt gewoon over de weg bij een
onverwachte windstoot met deze snelheid, maar verder ben ik
veilig beneden gekomen. Beneden aangekomen was het
natuurlijk perfect weer, dus nog maar een kilometertje of 40
in het dal rondgefietst.
Vandaag was het hier wat miezerig, maar
ik moest toch ‘de benen wat los rijden’. Ik had weinig tijd,
en die beklimming naar Chamrousse had ik al 3 keer gedaan.
Dus maar even gauw met de auto naar de Alpe d’Huez. Ook hier
had het nu gesneeuwd en vroor het lichtjes, maar de kou was
absoluut niet vergelijkbaar. Mijn benen waren vanwege de
inspanning van gisteren niet best, maar in principe stelt
dit puistje nu niets meer voor. Wie heeft er nog zin in de
beklimming van de Mont Ventoux?
Addo.
Mont Ventoux deel 2 |
Goeiendag allemaal,
Van deze hele 'to'-lijst heb ik een reactie
gekregen over mijn verhaaltje van de beklimming
van de Mont Ventoux afgelopen week. Enkele
oplettende lezers konden uit mijn verhaal zelfs
opmaken dat ik de beklimming vanaf de 'makkelijke'
noordkant (Malacene) heb gedaan. Dit was
inderdaad waar.Omdat ik na terugkomst in Nederland niet
uitgemaakt wil worden voor een mietje of wat dan
ook, heb ik dus gisteren maar besloten om de
beklimming nog maar een keer te doen, maar nu
vanaf de zuidkant (Bedoin). Gisteren was het
weer perfect, zonnig, 20 graden en weinig wind.
Met deze weersomstandigheden is de beklimming
nog steeds ontzettend zwaar, hoewel het niet te
vergelijken was met de situatie van vorige week.
De zuidkant is inderdaad pittig, ik denk
pittiger dan de noordkant. de eerste helft is
zeker zwaarder maar de laatste 7-8 kilometer
zijn goed te doen vond ik. In ieder geval toen
ik bovenkwam voelde ik me nog goed en besloot
aan de noordkant af te dalen om deze daarna nog
eens te beklimmen om zodoende een goede
vergelijking te kunnen maken. Daar heb ik spijt
van gekregen. Je bent zo beneden, maar om hem
daarna meteen weer te beklimmen, daarvoor moet
je eigenlijk beter getraind/getalenteerd zijn
dan ik.
Het begin ging goed, ik denk dat dit stuk
inderdaad lichter is. Echter de laatste 10 km
waren een hel (ondanks het nagenoeg vlakke stuk
van 2 km waar je kunt herstellen). Ik weet niet
of dit kwam omdat ik er helemaal doorheen zat,
of omdat dit stuk ontzettend stijl is. In ieder
geval was ik blij dat ik het uiteindelijk
gehaald heb, maar probeer dit niet na te doen, 2
keer de mont Ventoux meteen na elkaar dat is
gekkenwerk!
Addo
Meer Mont Ventoux hier. |
|