Claude
Criquielion 2001.
door
Herman Huismans
Op 1
september 2001 zijn we met 2 man, Mari van Nistelrooij
en ondergetekende, naar La Roche in de Ardennen geweest om
de cyclosportieve tocht Claude Criquielion te fietsen.
Ongeveer
3 jaar geleden ben ik met fietsen begonnen en in Maart 2000
ben ik lid geworden van de Voorsprong. In het begin zag ik
wel op tegen de afstanden van 100 km of meer (toen ik nog
niet fietste vond ik 10 km al een heel eind), maar de
afstanden vielen me toch wel mee. Daarom wilde ik ook wel
eens in de heuvels van Limburg of België gaan fietsen, want
ik was nog nooit verder geweest op de fiets dan Berg en Dal.
Mari en
ik hebben toen samen de cyclo van het blad Fiets gereden in
Mei 2000. De tocht van 150 km en 2100 hoogtemeters was
echter veel zwaarder dan ik verwacht had en ik kwam dan ook
redelijk “uitgewoond” over de finish in een tijd van
5.45uur, ik dacht meteen dit doe ik nooit meer.
Later
las ik in het clubblad het verhaal van Bert van de Oetelaar
over de Claude Criquielion en ik dacht die tocht zal wel
veel te zwaar zijn voor mij. Maar ik had er eigenlijk
toch wel zin in en ik nam me voor om hem in 2001 te
gaan rijden.
In 2001
had ik al ongeveer 5000 km gefietst met redelijk wat
klimwerk (de 2-daagse in de Eifel,Zuid-Limburg, op de Veluwe
en vakantie in de Ardennen.) Bij de club was er, behalve
Mari, niemand die interesse had om mee te gaan. De laatste 4
weken voor de tocht hebben we allebei extra getraind op
eigen houtje. Ik heb de trainingsplanner uit het blad Fiets
gebruikt met behoorlijk wat duur- en intervaltraining
gebaseerd op hartslagmeting.
Op de
grote dag 1 september 2000 zijn we `s morgens om 5 uur
vertrokken en we waren om half 8 in La Roche, mooi op tijd
om in te schrijven, te eten en om te kleden want de start
was om 9 uur in het centrum van de stad. De start lijkt wel
op die van een touretappe, alleen met veel meer wielrenners
( ongeveer 2500 deelnemers), maar net zoveel publiek langs
de weg.
Voor
de start was het al zwaar bewolkt en mistig, bij een
temperatuur van 12 graden, dus dat beloofde niet veel goeds.
Na het vertrek ging het meteen een kleine 3 km omhoog,
La Roche ligt helemaal onder in het dal, dus dat was een
mooie warming-up. Bij de 2e helling ging het ook
nog regenen en veel collega`s van ons stapten af om
regenkleding aan te doen, wij konden gewoon doorrijden
want we hadden geen regenjas bij. Meteen stonden er al een
aantal langs de kant met lekke banden. De eerste hellingen
ging het prima en ik moest me inhouden om niet te hard te
gaan, want ik was al gewaarschuwd om niet te snel te
starten. Met dat regenweer had ik echter weer last van
andere ongemakken want ik moest voor de 1e
pauze, op 73 km, al 2 keer een plasstop maken. Mari
kwam mij dus vrolijk voorbijgereden. Op de zwaarste col van
deze dag, de Col de Haussire, kon ik weer bij Mari
aansluiten. Deze berg bestaat uit 3 hellingen van resp. 1
km-11.3%, 0.3 km-15% en 1.3km van 11% stijging. Er was hier
bijna geen doorkomen aan vanwege de vele “wielrenners” die
naar boven liepen. Maar
gelukkig konden we blijven fietsen en zijn we samen naar de
1e pauzeplaats gereden.
Nadat we
even gepauzeerd hadden en ons eten en drinken aangevuld,
vertrokken we samen voor de 2e etappe. Het ging
vrij goed, ik was in de meeste klimmen iets eerder op de top
maar Mari achterhaalde mij meestal snel in de afdaling. We
kregen nog enkele regenbuien over ons heen, dus het was
voorzichtig afdalen op de natte en vrij slechte wegen.
Na
een uur of 4 op de fiets, begon het weer wat op te klaren
maar toen kregen we allebei last van de rug en nek,
waarschijnlijk van de kou en de regen. We gingen echter
vrolijk verder, want als je ergens aan begint moet je het
ook afmaken.
De 2e
pauze was bij 122 km. en we dachten dat we het ergste wel
gehad hadden, de laatste 10 km was immers een lange afdaling.
Dat viel wel tegen, ook omdat de benen niet meer zo goed
waren natuurlijk.We hadden nog 6 cols te gaan na de pauze
waarvan de meeste rond de 5-6% stijging hadden. Dat was
echter het gemiddelde, er zaten soms vlakke stukjes of vals
plat in maar ook stukken van 10-15%. Als je hier op de
pedalen ging staan slipte je achterwiel weg vanwege de natte
weg, dus bleven we op het zadel zitten hoe moeilijk dat soms
ook
was.
Op de
laatste berg kreeg ik het moeilijk en Mari haalde mij in en
ik moest hem laten gaan. Bij de finish zag ik hem pas terug
want hij ging keihard door in de laatste afdaling.
Na 172
km., waarvan ongeveer 50 km klimmen, waren we dan ook blij
dat we het eindpunt bereikt hadden, Mari had een tijd van
7u.13min. en ik van 7u.14min. waarmee we allebei zilver
behaalden.
Al met
al een mooie tocht met een goede organisatie en goede
verzorging, maar je moet er behoorlijk wat voor trainen.
Misschien dat ik hem volgend jaar weer ga rijden om dan, als
het beter weer is, een snellere tijd neer te zetten.
Om een
indruk te geven van dit evenement, er zijn 1951 deelnemers!
afgeklokt. Waarvan ruim 700 Belgen, 450 Nederlanders, 280
Denen, 25 Duitsers, 50 Fransen en 13 Engelsen. Van de
overige deelnemers is er geen nationaliteit opgegeven.
Herman
Huismans
naar de site |